De bieslook heb ik tot onderaan afgeknipt, maar hij begint alweer te groeien. Net zoals de pepermunt.
Gisteren waren het minuscule bieslookpuntjes en nu ...
De bieslook heb ik tot onderaan afgeknipt, maar hij begint alweer te groeien. Net zoals de pepermunt.
Gisteren waren het minuscule bieslookpuntjes en nu ...
Ik was jarig. Voor het verjaarsontbijt kreeg ik cadeautjes: Privé Domein boekjes (spaar ik), een brownievorm, macademianoten, een cadeautje van Hielkje, dat Henk onderschept had. Het waren gekonfijte sinaasappel staafjes met chocolade. Wat een origineel en lekker cadeautje. Vooral bij een kopje zwarte koffie.
We zijn een nachtje weggeweest. Ik had dit al heel lang geleden afgesproken en van beide kanten vonden we niet dat er een reden was om het niet door te laten gaan. Alles was ook heel veilig. Het huis waar we waren lag ver weg van alles en iedereen. Normaal gesproken zouden we samen met de twee mensen van de andere kamer eten, maar vanwege corona gebeurde dat nu niet. Hetzelfde gold voor het ontbijt.
Onderweg naar de B&B in Overijssel zag ik een tuin met allemaal verschillende kleuren dahlia's. Ik ben dol op dahlia's, dus dat was het volgende cadeau. Ik zie ze nog steeds voor me.
Oh, wat heerlijk is deze tijd toch. Er zijn meer paddestoelen dan ooit. Zal er een paar hier plaatsen. Ik vind het zo wonderlijk hoe snel de paddestoelen kunnen wisselen en hoe snel ze groeien. Ik zie nu geen eetbare paddestoelen meer, zoals eekhoorntjesbrood en kastanjeboleten.
Wat prijzen we ons steeds weer gelukkig dat we midden in de natuur leven. Dat we elke ochtend (dan vooral, al wandelen we 's middags ook nog) de schone herfstgeurige lucht inademen Het is er heerlijk en veilig. In openbare ruimtes komen we niet en we zien bijna niemand. We zouden een paar dagen geleden eigenlijk naar een oude meneer gaan, die in een verpleeghuis (volgens mij is dit niet helemaal het goede woord, maar in ieder geval krijgt hij de verzorging die hij nodig heeft) woont Omdat de virussituatie zo ernstig is, leek het ons verstandiger niet te gaan. Tasje weer uitgepakt, cakejes in eigen mond gestopt en pffft blij met de genomen beslissing. Ik voelde me ook schuldig want we lieten hem wel een beetjein de steek. Gelukkig zei zijn schoondochter: "Better safe than sorry." Ja, helemaal mee eens, maar het is fijn als iemand anders dat zegt. Dank je Annemieke.
Wat hoop ik dat deze pandemie diepgaand de ogen doet openen. Ik las dit treffende en hartverscheurende artikel, dat in de Vlaamse krant De Morgen staat. Het is bekend maar als het zo allemaal bij elkaar staat, dan voel ik me, al kap ik niets en neem ik niets mee uit verre landen, toch ook medeverantwoordelijk. Nog lang niet alles is 100% zuiver, al doe ik over het algemeen - meestal - mijn best. https://www.topics.nl/minder-natuur-meer-gevaar-hoe-we-zelf-de-rode-loper-uitrollen-voor-dodelijke-virussen-a15074907demorgen/?context=mijn-nieuws/&utm_source=redactie&utm_medium=email&utm_campaign=DPN_ED_TOPICS_000_20201007&utm_content=article&utm_term=&ctm_ctid=78919f4a836e46ff759b685c3cb948a3
Voor de mensen die bovenstaande niet kunnen lezen, een fragment uit het artikel van Barbara Debusschere.
"De vernieling van de natuur blijkt de grondoorzaak van almaar meer ziektes die van dier op mens overgaan, zo stelt ook de VN.
Dat gebeurt in vier fases.
Door ontbossing voor wegen, mijnbouw en landbouw of verstedelijking dringen ten eerste meer mensen dan ooit diep binnen in gebieden waar zij vroeger nauwelijks kwamen.
Vaak zijn het arbeiders die van ver komen. In tegenstelling tot de lokale bevolking die al jaren of eeuwen met bepaalde wilde soorten ‘samenleeft’, hebben zij geen immuniteit opgebouwd tegen virussen en trekken ze na hun werk terug naar steden waar ze die makkelijk verspreiden.
Ten tweede jaagt ontbossing wilde dieren allemaal samen in veel kleinere lapjes natuur die nog overblijven. Daardoor wisselen ze meer dan gewoonlijk onderling ziektekiemen uit, wat de kans op nieuwe en mogelijk sterkere varianten vergroot.
Ten derde moeten ze op zoek naar nieuwe voedselbronnen en huisvesting. Vaak drijft hen dat veel dichter richting de mens. Zo doodde het nipahvirus in Maleisië in 1998 honderden mensen na het verdwijnen van regenwoud voor palmolieplantages en veeteelt. Fruitetende vleermuizen belandden op varkensboerderijen waar mangobomen staan en besmetten met hun uitwerpselen en de varkens, die op hun beurt de medewerkers besmetten.
Ten vierde ontstaat in aangetaste ecosystemen op langere termijn een scheve verhouding die zoönoses nog meer kansen geeft."
Als er niet heel veel gaat veranderen dan wordt alles steeds erger. Er is zoveel wat gedaan kan worden. We zijn toch verantwoordelijk voor onszelf, elkaar, dieren en de aarde? We staan helemaal niet machteloos, integendeel. Ik zeg we maar ik bedoel vooral ze!