We kwamen bij onze middagwandeling een paar keer iemand tegen met wie er meteen een gesprek ontstond. Twee keer ging het over ziekte, aftakeling, in de war raken. Als het al moeilijk was, is het nu nog moeilijker. En we spraken met iemand die hier net is komen wonen, maar hier oorspronkelijk vandaan komt. Ze vertelde onmiddellijk over de herinneringen van vroeger. We horen vaak dat mensen weer teruggaan naar waar ze geboren of opgegroeid zijn. Bij mij zal daar nooit sprake van zijn. Ik weet nog hoe ik Brabant miste, toen ik net uit huis was, maar dat heb ik niet meer, ik vind het zo veranderd. De natuur. kan ik wel missen. De geur van de dennenbossen, de vennen. Vroeger zwom ik in het ven achter ons huis voordat ik naar school ging. Vanuit Utrecht gingen we regelmatig naar Den Bosch. Een kaarsje aansteken in de kapel van de Sint Jan en een Bossche bol!
Laatst toen we eindelijk weer eens naar de supermarkt gingen hadden we een ontmoeting met een jonge vrouw, met prachtig lang haar. We hadden alledrie een mondkapje op dus het gesprek verliep nogal lastig omdat we elkaar niet goed konden verstaan, maar het was wel warm. Aan het eind zei ze: "Laten we vooral dit soort momenten blijven beleven". Ze zei ook: " Jullie zijn tenminste nog samen." Normaalgesproken zou ik daar meteen op in zijn gegaan, maar nu, met dat mondkapje werkte het niet. Ik hoop haar nog eens tegen te komen en dan kan ik vragen wat ze bedoelde.